PREEK 2E ZONDAG VAN PASEN 2015 Pijnacker, Bergschenhoek en Bleiswijk
Thema: vrede in je hart.
LEZINGEN: Handelingen 4,32-35 en Johannes 20,19-31
Onze tijd wordt onder andere gekenmerkt door onvrede. Bij onvrede denken we natuurlijk eerst aan de oorlogen en aanslagen in Syrie, Irak, Centraal Afrikaanse Republiek, Mali, Soedan, Oekraïne en nu ook in Jemen. We denken aan terroristische aanslagen. We denken aan de spanningen die oplopen met Rusland. Allemaal internationale politieke situaties waar we weinig aan kunnen doen.
Bij onvrede denk ik echter ook snel aan onze eigen samenleving, aan Nederland en het rijke Westen. Ik denk dan aan de sociale onrust, de onverdraagzaamheid tegenover andersdenkenden, tegenwoordig met name van ongelovigen tegenover gelovigen terwijl dat vroeger net andersom was, de brutaliteit tegenover politie, conducteurs, scheidsrechters en hulpverleners, het wantrouwen dat in onze samenleving gegroeid is door de misbruikschandalen, de fraudepleging en de privacyschendingen via internet. Voor allerlei functies en taken moet tegenwoordig een Verklaring Omtrent Gedrag, een VOG aangevraagd worden. Er is een fundamenteel wantrouwen in onze samenleving binnengeslopen. Vroeger moest iemands schuld bewezen worden, nu moet je zelf je onschuld gaan bewijzen.
In mijn jeugd was er zo’n liedje uit de TV-serie Ja zuster, nee zuster: “als je mekaar niet meer vertrouwen kan, waar blijf je dan, zo is ’t toch meneer…! Als je mekaar niet meer vertrouwen kan, dan blijf je nergens meer.”
Dat is helaas realiteit geworden in onze samenleving.
Als Jezus op paaszondag voor het eerst als Verrezene aan zijn leerlingen verschijnt, dan wenst Hij hun tot driemaal toe vrede. Aan de politieke situatie is door zijn kruisdood niets veranderd. Aan het verschil tussen rijken en armen ook niet. Toch wenst Jezus hun vrede toe. Wat is dat dan voor vrede? Hoe krijg je die, hoe bereik je die?
De vrede die Jezus ons toewenst is de vrede in het eigen hart. Hoe krijg je vrede in je eigen hart? Stress, depressie, werkdruk, onrecht, ruzies, jaloezie: er is zoveel dat de vrede in het eigen hart verstoort.
Een bekend lied van Taize Nada te turbe is gebaseerd op een gedicht van Teresia van Avila, de bekende Spaanse mystica uit de 16e eeuw.
Nada te turbe, nada te espante,
quien a Dios tiene, nada le falta
Nada te turbe, nada te espante,
solo Dios basta
Vertaling:
Laat niets je verontrusten,
laat niets je beangstigen:
Wie God heeft ontbreekt niets.
God alleen is genoeg.
Vrede in het hart begint met tevredenheid: tevredenheid met je eigen leven, je eigen talenten, je eigen bezit, je eigen netwerk, je eigen gezondheid. Je kunt jezelf beklagen omdat anderen meer hebben, meer geluk, meer facebookvrienden, meer geld, een groter huis, een duurdere auto, een hogere opleiding, meer spierkracht of talent. Maar je kunt ook beseffen dat zoveel mensen nog minder dan jij hebben: minder familie, minder opleiding, minder talent, minder geld, minder zekerheid in het leven, minder veiligheid, minder vrijheid.
Wat God jou gegeven heeft, daar moet je het mee doen. Niet meer en niet minder. Dat is het eerste om die innerlijke vrede te vinden. Tevredenheid met wat je hebt en wie je bent.
Het tweede is vergevingsgezindheid. De eerste opdracht die Jezus zijn leerlingen geeft bij zijn eerste verschijning is: “Als je aan iemand zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven. Als je ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven.”
Zolang we onze ouders, een broer of zus, een buurman, een collega, je baas of je ex verwijten blijft maken, vind je geen vrede in je hart. Daar neem je ook jezelf mee. Je kunt wel gelijk hebben dat alles de schuld van de ander is, je kunt 100 keer gelijk hebben, maar als je niet kunt vergeven, dan vergiftig je je eigen leven. Dan komt er geen vrede in je hart. Daar neem je ook jezelf mee. Petrus vroeg eens: “Hoe vaak moet ik mijn breoder vergeven? 7 keer?” En Jezus antwoordde: “Nee, zeg Ik u, geen 7 keer maar 70 maal 7 keer”.
Vrede komt in je hart als je open staat voor de Heilige Geest: dat staat er nog bij: Jezus blies over de leerlingen en zei: “Ontvangt de heilige Geest”. Als we de heilige Geest ontvangen, dan kan niets onze innerlijke rust meer verstoren. De Heilige Geest brengt ons tot een evenwichtig bestaan. De Heilige Geest brengt ons verstand en onze emotie met elkaar in balans.
Van de kerkvader Augustinus is de bekende uitspraak: “Onrustig is mijn hart, totdat het rust in God”.
Maar God laat ons geen rust in de zin dat we ons terug kunnen trekken uit die onrustige wereld en ons in eigen huis, tuin en keukentje mogen opsluiten. Want na zijn vredewens zegt Jezus: “Zoals de Vader mij gezonden heeft, zo zend Ik u”. Als we vrede in ons hart hebben, dan heeft God ons nodig om die vrede in de wereld te verspreiden. In die zin laat God ons nooit met rust.
Als Jezus in zijn openbaar leven de leerlingen uitzendt, dan zegt Hij: [12] Als je een huis binnengaat, wens het dan vrede. [13] Als het huis die waard is, moge jullie vrede dan daarop neerdalen, en als het die niet waard is, moge jullie vrede dan naar jullie terugkeren (Mt.10).
Onze innerlijke vrede zal niet verstoord worden als we in God zijn, als we voortdurend proberen zijn Wil te doen, als we leven door, met, in en vanuit de Heilige Geest.
Vrede zij U.