preek palmzondag 2013

PREEK   palmzondag jaarcyclus C            LEZINGEN: Jesaja 50,4-7; Lucas 19,28-40  Pijnacker/Nootdorp 2010 Bleiswijk 2013

 

Broeders en zusters,

 

Weet u waar ik zo’n enorme hekel aan heb en depressief van wordt? Dat mensen afspraken niet nakomen of op het laatste moment afbellen.

Als het vanwege ziekte is of overmacht, dan is er niets aan te doen. Zo belde gisteren pastor Zuidgeest op dat hij ziek is en dit weekend en de komende week geen dienst kan doen. We moeten dus een vervanger hebben voor onder andere de paaswake in Berkel. Als u nog iemand weet, dan houden we ons aanbevolen.

 

Ik organiseerde vroeger elk jaar kampen voor de jeugd of jongeren. Mensen die er nooit iets organiseren hebben er geen idee van hoeveel werk in de voorbereiding zit: medeleiders zoeken, een kamphuis regelen, vervoer, inkopen, een begroting maken en natuurlijk het hele activiteitenprogramma. Ik heb het meegemaakt dat op de ochtend van vertrek twee deelnemers gewoon niet kwamen opdagen. Toen we belden waar ze bleven kregen we van de ouders te horen: “Nee, ze gaan niet mee, ze hebben geen zin”. Dat is toch niet te geloven, beste mensen: ze hadden niet eens de moeite genomen af te bellen. Ze lieten ons gewoon wachten. En de kosten voor inkopen, slaapplaats en vervoer hadden we al gemaakt. Daar lieten ze ons gewoon mee zitten. Ik noem dat gewoon asociaal en onfatsoenlijk. Daar lijd ik onder. Zo’n kamp organiseer je niet voor je eigen plezier.  Ik begon toen al met een grote ergernis aan zo’n kamp terwijl je voor de kinderen die wel kwamen vrolijk moet zijn.

 

Nog erger was een andere keer, toen op de middag voor vertrek een jong echtpaar dat mee het kamp zou leiden afbelde omdat hun huwelijk uit elkaar was gespat. We moesten hals over kop bij hun kampspullen gaan halen, andere leiders zoeken en ouders vragen de jongeren naar het kamp te brengen.

 

Daartegenover staat de weldadigheid van mensen die wel trouw blijven. Mensen op wie je rekenen kunt, wat er ook gebeurt. Mensen die niet afhaken als het eens tegenzit. Mensen die het lijden met je willen dragen. Mensen die hun eigen vrije avond of weekend er voor op offeren om toch iets rond te krijgen, om iemand te vervangen die ziek is, om toch de zaak te redden. Mensen die geen nee kunnen zeggen, mensen die altijd klaar staan. Gelukkig zijn die mensen er ook.

 

Jezus heeft beiden meegemaakt. Vrienden die hem in de steek lieten, zoals Judas, Petrus, 11 van de 12 apostelen, de massa mensen die Hem bij de intocht nog toejuichten, maar na zijn arrestatie riepen: “aan het kruis met Hem”.

En vrienden die Hem trouw bleven: zijn moeder Maria, de apostel Johannes, vrouwen die Hem vanuit Galilea waren gevolgd. Vrouwen worden het meest genoemd bij de trouwe volgelingen, dat is opvallend.

 

Jezus zelf behoorde tot de laatste categorie: de getrouwen. Hij bleef de mensen trouw, tot het bittere einde toe. Hij bad zelfs voor de soldaten die Hem aan het kruis sloegen: “Vader, vergeef hun, want ze weten niet wat ze doen”. En een crimineel aan een kruis naast Hem, die toch echt straf verdiend had wegens moord, kreeg vergeving omdat hij berouw toonde. Tot hem zei Jezus: “Vandaag nog zult gij met Mij zijn in het paradijs”.

 

De nieuwe paus doet op Witte Donderdag ook zoiets: hij gaat de H. Mis vieren in de jeuggevangenis van Rome.

 

Wat een ongelooflijke trouw toont Jezus hier aan zijn idealen van vrede en verzoening. Er is geen mens in de geschiedenis zo edelmoedig geweest als Hij. Geen mens, die tot het einde van zijn leven zonder zonde is gebleven. Zelfs koning David, de grootste koning der joden uit de geschiedenis, en toch door God zelf uitgekozen om koning te worden, had in zijn leven een ernstige misstap begaan. Macht schijnt onvermijdelijk te leiden tot machtsmisbruik.