.

Preek feest doop van de Heer 2013

DOOP VAN DE HEER 2013 Nootdorp, Bergschenhoek en Bleiswijk

Thema: Een stem uit de hemel…..

LEZINGEN: Jesaja 40,1-5+9-11; Titus 2,11-14; 3,4-7 en Lucas 3,15-16+21-22

Er klinken vele stemmen in deze wereld:
De stemmen van radio en tv, artiesten, popsterren, politici. Daar kán de stem van God door klinken, maar ook die van de duivel. In de pers klinkt alles door elkaar.
Dan is er de stem van jezelf, de egoïstische stem, die zegt: “geniet van het leven, pak wat je pakken kunt, trek je niets aan van anderen, probeer de baas te blijven over anderen, probeer rijker, beroemder te zijn dan anderen, probeer de ander voor te blijven.” Dat is niet de stem van God.
Maar het kan ook een stem zijn die zegt: “je bent niets waard. Je kunt niets. Anderen zijn veel beter, veel knapper, veel slimmer.” Ook deze stem is niet de stem van God.
Tenslotte is er de stem van God. Die stem zegt: “Ik houd van je. Je bent mijn geliefd kind. Je mag er zijn. Ik heb je gewild”.

Om die stem te horen moet je het stil maken in jezelf. De andere stemmen tot zwijgen brengen. Het lawaai van deze wereld overstemt de stem van God. Niet voor niets zijn er kerken, kloosters en stiltecentra waar we tot rust kunnen komen en in de stilte de stem van God kunnen horen. Daarom is het goed om voor de H. Mis ook even een paar minuten stil te zijn. En na de preek en na de communie houdt ik ook altijd even stilte. Na de H. Mis kunnen we met elkaar praten en wellicht vertellen wat de Heilige Geest ons in de stilte ingegeven heeft.

In mijn studietijd verscheen er een boekje van progressieve katholieken die in de stem van de kerkelijke hiërarchie niet meer de stem van God konden horen. Hun boekje had toen als titel “Getuigen van de Geest die in ons leeft”. MEn wou daarmee zeggen: de Heilige Geest werkt ook door de lekengelovigen. Daar zit zeker iets van waarheid in. Maar monseigneur Gijsen schreef toen een boekje met als titel: “Onderscheid de geesten of ze wel van God komen”. De titel komt van woorden van de evangelist Johannes 4,24: Geliefden, vertrouw niet elke geest. Onderzoek de geesten, om te zien of ze wel van God komen, want onder hen die tot de wereld zijn uitgegaan zijn veel valse profeten. En daar zit ook iets waars in.

De onderscheiding der geesten heeft in de spiritualiteit van Ignatius van Loyola, de stichter van de Jezuietenorde, een grote plaats gekregen. Hij voelde aan dat gedachten en beslissingen die je onrustig maken, niet van God komen. Gedachten en besluiten die je rust en vrede geven, die zijn van de Heilige Geest.

In mijn seminarietijd leerde ik op die manier te bidden: als je voor een keuze stond moest je eerst bidden met de gedachte dat je voor het ene koos en daarna met de gedachte dat je voor het andere koos. Het gebed dat het meeste rust en vreugde gaf wees op de Wil van God.

Later heb ik bij de Focolarebeweging nog een andere methode geleerd om de Wil van God te kennen: en dat is om je gedachten ‘in eenheid’ met anderen te brengen. Dat wil zeggen dat je met iemand anders iets bekijkt, je gedachten uitspreekt en beiden bereid bent je eigen mening te verliezen, zodat Gods wil duidelijk kan worden. Je gooit als het ware beiden je ingrediënten in het pannetje op het vuur en er komt iets heel nieuws uit te voorschijn. We noemen dat ook wel iets bekijken met Jezus in het midden. Focolare betekent vuurhaard. In het vuur van de wederzijdse liefde klinkt God stem.

Johannes de Doper zei het al: “Ik doop met water, maar Jezus zal u dopen met de Heilige Geest en met vuur”.
Mozes hoorde Gods stem in het vuur van een brandende braamstruik.
Op Pinksteren daalde de H. Geest neer in vurige tongen. Vuur verbrandt het oude, verdorde, levenloze, vruchteloze. We moeten bereid zijn onszelf te verliezen, onszelf weg te cijferen, onze eigen mening op te geven om de stem van God te horen. Dat is een hele kunst, zelfs voor iemand die al 31 jaar priester is. Naarmate we ouder worden, wordt het misschien zelfs steeds moeilijker open te staan voor de stem van God, omdat heel veel meningen en overtuigingen en gewoonten zich in ons hebben vastgezet.
Maar als we steeds open blijven staan voor de stem van God, dan zal ons leven steeds nieuw, fris en vruchtbaar zijn. Dan zullen we ons steeds geliefde, welbeminde kinderen van God voelen.