.

preek Bidweek voor de eenheid in het jaar van de herdenking van 500 jaar reformatie

PREEK 2E ZONDAG DOOR HET JAAR B 2017 Nootdorp, Pijnacker, Bleiswijk.

Het is honderd jaar geleden dat Toon Hermans werd geboren. Ik ben een grote fan van Toon Hermans omdat hij in zijn voorstellingen nooit iemand beledigde en niet vloekte of grove taal gebruikte. Hij maakte zichzelf niet populair ten koste van anderen. Hij spotte niet met politici, hij verlaagde zich niet tot onderbroekenlol, hij was niet cynisch en gaf geen negatieve kritiek op anderen.

Bovendien was hij heel gelovig. Hij hield niet van lange kerkdiensten, maar vereerde wel de heilige Gemma bij een kapelletje in Sittard. Hij schreef een gebedenboekje en in zijn nalatenschap worden nog vele ongepubliceerde gebeden gevonden.

Hij sprak in zijn shows niet over zijn geloof, behalve in de laatste voorstelling, na het overlijden van zijn vrouw en zelf al aan het aftakelen. In mijn ogen was hij een heilige.

Ik heb tweemaal een voorstelling van hem bezocht, de eerste keer nog met mijn vader. Toen had ik aan het eind een heel sterk gevoel van verbondenheid met alle mensen in de zaal en dacht ik: “Het zou mooi zijn elkaar een hand te geven en God biddend te bedanken voor de blijheid en levensvreugde die Toon uitstraalde”. Het thema van de bidweek voor de eenheid van de christenen is Jouw hand, mijn glimlach.

Ik herinner me nog hoe hij verwondering opwekte voor het leven en het lichaam door een eenvoudige act met zijn hand. Die speel ik nog vaak na in mijn godsdienstlessen op de basisschool.

Waarom vertel ik dit allemaal? Omdat ik een aantal tv-uitzendingen over Toon gezien heb ter gelegenheid van zijn honderdste geboortedag. In een van die uitzendingen zag ik een overeenkomst tussen Toon en Jezus. Die uitzending ging over Toon in Amerika. Hij is eenmaal naar Amerika gegaan om daar in New York op te treden. Hij werd ondergebracht in het chique Plazahotel, waar ook grote artiesten als Frank Sinatra en Marilyn Monroe, en staatslieden werden ondergebracht. Een journalist vroeg hem of hij dacht daar een wereldster te worden en rijk. Hij antwoordde: “Nee hoor, daar doe ik het niet voor en geld interesseert me niets. Ik vind het gewoon leuk ook een keer in het buitenland op te treden”. In die uitzending werd verteld dat Toon zich daar, in dat chique hotel, helemaal niet thuis voelde en liever contact zocht met het schoonmaakpersoneel, de kamermeisjes, de obers en bedienden dan met de andere voorname gasten.

Zo was Jezus ook. Hij ging het liefst om met gewone mensen: moeders, zieken, melaatsen, zondaars, vreemdelingen, kinderen, arbeiders, ambtenaren, etc. Jezus stak ook af tegenover de heersers en machthebbers van die tijd: Hij werd niet in een paleis, maar in een stal geboren, Hij was geen rabbi of hogepriester, Hij werd geen landvoogd of koning. Hij bleef arm als een zwerver. Hij werd door de machthebbers geofferd voor hun macht, Hij werd slachtoffer van hun machtslust. In het evangelie wordt Jezus voorgeteld als een Lam. Een lam is weerloos, onschuldig, kwetsbaar, afhankelijk van de zorg van het moederschaap en de kudde. Lammeren werden in die tijd geofferd als brandoffer ter verzoening van zonde. Zo offerde Jezus zijn leven aan het kruis.

Johannes de Doper stelt Jezus zo aan zijn leerlingen voor: “Zie, het Lam Gods, dat de zonde van de wereld wegneemt”. Daarom bidden we voor de communie onder het breken van het Heilig Brood ook altijd: “Lam Gods, dat wegneemt de zonde der wereld, ontferm U over ons”. Wist u dat dit de woorden waren van Johannes de Doper?

Dat Jezus onze zonden wegneemt was ook de kerngedachte van Luther die 500 jaar geleden aan de oorsprong stond van de reformatie. In de katholieke kerk dacht men zonden te kunnen afkopen met geld, de zogenaamde aflaten. Luther protesteerde daartegen omdat hij besefte dat onze rechtvaardiging alleen kwam door het kruisoffer van Jezus Christus.

De 6e van de 95 stellingen was: ‘De paus kan geen enkele schuld vergeven dan door te verklaren en te bevestigen dat ze door God vergeven is’. Daar kunnen we het als katholieken van nu van harte mee eens zijn.

 

Het is tragisch dat dit belangrijke besef toch een scheur door de kerk is geworden. Zou dat nu niet anders kunnen? Dat is in elk geval de focus van deze Week van Gebed voor de eenheid van de Christenen die vandaag begint.

In de brochure voor deze gebedsweek staat:

“Dankzij de Reformatie kwam er opnieuw aandacht voor de genade van God en voor het geloof in Jezus Christus. Christus heeft ons gered door de weg van het kruis te gaan. Het besef van de betekenis van het kruis overstijgt de verdeeldheid en brengt christenen bijeen.

… De val van de Berlijnse muur in 1989 was de bekroning van een gebedsbeweging voor vrede die in gang gezet was in de Duitse Democratische Republiek. Mensen zetten kaarsen neer en baden om vrede. Horst Sindermann, tot 1989 lid van het Centrale Comité van de socialistische eenheidspartij, zei hierover: “We hadden voor alles een planning, we waren op alles voorbereid, maar niet op kaarsen en gebeden.”.

Nu moeten we de muren afbreken tussen de kerken en ons als christenen verzoenen met elkaar.

De paus is ons daarin voorgegaan. Hij heeft in Lund in Zweden al een herdenkingsbijeenkomst van de reformatie bijgewoond met de Lutheranen waarin hij bedankte voor de vruchten van de Reformatie, ook in de katholieke kerk. Hij zei” Dankbaar erkennen wij dat de Reformatie er toe heeft bijgedragen dat de Heilige Schrift meer in het centrum van het kerkelijk leven is komen te staan en dat Luthers ervaring en zijn denken over de genade ons er aan herinnert dat het altijd God is die het initiatief neemt en die aan elk menselijk antwoord vooraf gaat”. Hij omhelsde daar een vrouwelijke lutherse bisschop.

Alle lutherse en katholiek parochies werden opgeroepen om stoutmoedig en creatief te zijn, blij en hoopvol op de weg die voor ons ligt”.

De kerkleiders spraken openlijk hun spijt uit over het kwaad dat katholieken en Lutheranen elkaar in het verleden hebben aangedaan, onder andere door eerst te kijken naar de verschillen en dan pas naar de gedeelde doop.

In het Vaticaan zijn duizend lutherse en katholieke jongeren uit het oosten van Duitsland door de paus ontvangen. De reis heette: “Met Luther naar de paus”. De jongeren hadden tijdens hun reis 95 stellingen voor de oecumene uitgewerkt en boden die de paus aan. Aan het eind van deze ontmoeting stelde de paus de jongeren de vraag: “Wie zijn er nu eigenlijk beter: de protestanten of de katholieken?” Hij gaf zelf het antwoord: “Het allerbest zijn ze samen”.