Onverwachte gebeurtenissen

LEZINGEN: Jesaja 7,10-14 ; Romeinen 1,1-7 en Mattheus 1,18-24

INLEIDING OP DE LEZINGEN

De achtste eeuw voor Christus is een tijd van politieke en economische spanningen tussen het Noord- en het Zuidrijk van Israel, tussen de rijke bovenlaag en de armen; tijd van Assyrische uitbreidingsdrift. De profeet Jesaja is nauw op de politieke geschiedenis betrokken, en schijnt ook toegang tot het hof te hebben gehad.
Ook hoofdstuk 7 begint met een schets van de politieke situatie: de koningen van Aram en Israel trekken tegen Juda op. Koning Achaz van Juda slaat de schrik om het politieke hart. Hij ziet geen uitweg en waant het einde van zijn koninkrijk in zicht. In die situatie krijgt Jesaja van God de opdracht naar Achaz te gaan. Om Achaz’ vertrouwen te sterken, krijgt hij een teken aangeboden dat het koningshuis niet verloren zal gaan. Achaz wijst het aanbod af. Maar het teken komt er toch. De jonge vrouw, dat is de koningin, zal een zoon baren: het davidische koningschap wordt voortgezet.

In de 2e lezing en het evangelie komt duidelijk naar voren dat wij mensen uit twee componenten bestaan: ons lichaam is aards, geboren uit onze moeder en gevoed en gegroeid met de vruchten van de aarde, maar onze geest komt van God. Die geest hebben wij via onze ouders gekregen, maar via de eerste mens, Adam, komt die geest toch van God. In Maria is door diezelfde geest Jezus verwekt.
In de brief van Paulus staat dit eigenlijk maar in een bijzinnetje. Zijn thema is de roeping die wij ontvangen hebben om bij de geloofsgemeenschap van Jezus te horen. Toch is die lezing gekozen omdat juist in dat bijzinnetje de adventsgedachte zit: Jezus én wij hebben Gods Geest in ons. Dat is de kern van het kerstfeest: Gods Geest woonde in Jezus, maar woont ook in ons.

PREEK

Broeders en zusters,

Een kind krijgen is over het algemeen een hoogtepunt in het leven van de ouders. Groot feest bij de geboorte. Maar soms zijn er omstandigheden die het krijgen van een kind minder feestelijk maken: bijvoorbeeld wanneer je als moeder nog jong bent, ongehuwd en nog lang niet aan een kind toe.
Eens stond in de krant een foto van een meisje van 11 jaar dat een kind ter wereld heeft gebracht. Ik heb erboven geschreven: een moedig meisje. Een eigentijdse Maria die Gods wil aanvaardt, niet in datgene wat ze met haar vriend gedaan heeft, maar wel in het respecteren van het menselijk leven.
Eens ontmoette ik een vrouw die al haar 5e kind kreeg. Ze zag er wegens haar leeftijd tegenop om weer een baby te moeten gaan verzorgen, maar ze getuigde wel van moed om tegen de bestaande opvattingen in het leven te aanvaarden zoals het komt.

Ik ken ook mannen die een alleenstaande moeder tot vrouw genomen hebben en daarbij haar kind of kinderen liefdevol aanvaard hebben en uitstekende stiefvaders voor die kinderen zijn. Eigentijdse Jozefs. Moedige mannen die de verantwoordelijkheid aanvaarden voor mensenkinderen die zij niet verwekt hebben.

Maria en Jozef hebben nog de hulp van verschijningen gehad bij hun beslissing.
Zij hebben waarschijnlijk ook wel gedacht: “Waarom overkomt mij dit?”
Rien Poortvliet heeft prachtig getekend hoe Jozef op bed ligt te piekeren. Een jongeman die worstelt met de vraag: ‘Waarom overkomt mij dit nou?’
Ook Maria was een gewone vrouw die door haar zwangerschap in grote verlegenheid werd gebracht. Maria zei bij de aankondiging van haar zwangerschap: “Hoe kan dat nou? Ik heb nog geen gemeenschap met een man?” En misschien ging ze ook wel naar Elisabeth om even weg te zijn uit haar eigen oordelende omgeving.
Zij kregen een teken van boven. Daarna hebben zij zich aan God toevertrouwd.

Ieder krijgt wel eens moeilijkheden op zijn weg. Maar God heeft met ieder een plan. Soms krijg je een teken, gevraagd of ongevraagd.
Ik herinner me nog een moeilijke beslissing. Ik zat op een damclub in mijn studietijd. Ik maakte goede vorderingen en speelde uiteindelijk in de landelijke competitie mee. Dat betekende lange reizen op zaterdag vanuit Zuid-Limburg door het hele land. Het ging ten koste van mijn studie en geestelijke vorming. Tijdens een retraite liep ik er over te piekeren: moest ik er mee door gaan of niet. Ik bad om een teken. Op datzelfde moment zag ik aan een prikkeldraadafzetting langs een wei een zwart/wit geruit bordje hangen, dat er dus uitzag als een dambord. Op hetzelfde moment wist ik dat ik er niet mee door moest gaan. Tot hier en niet verder.

Een teken vragen heeft dus consequenties. Wie om een teken vraagt, die moet God gehoorzamen.
Koning Achaz had daar geen zin in. Hij was een slechte koning, die zijn land in gevaar bracht. Jeruzalem werd bedreigd door allerlei vijanden. Het volk verlangde naar een teken van Gods bescherming. Achaz zegt dat hij God niet op de proef wil stellen door een teken te vragen. Maar eigenlijk wil hij geen teken omdat hij niet naar God wil luisteren. Hij wil zijn eigen gang gaan. Maar er zal een koningskind geboren worden waardoor het volk weer hoop krijgt op betere tijden. Daardoor zal het volk weer ervaren dat God met hen is. Daarom moet het kind Immanuel genoemd worden. Bijbeluitleggers vermoeden dat hiermee de geboorte van Hizkia aangekondigd werd, de latere troonopvolger van Achaz. Hizkia was een goede koning.

Ook Jezus zou later die naam Immanuel krijgen. In Jezus hebben zijn tijdgenoten Gods aanwezigheid ervaren. De geboorte van Jezus is dus voor ons een teken dat God met ons is. Daardoor wordt elke weg begaanbaar. Bij God kunnen wij de moed vinden om een moeilijke weg te gaan.

We leven in een tijd dat we denken dat alles te plannen is, dat alles wat we nodig hebben te koop is, dat we het leven in eigen hand hebben, dat het leven maakbaar is. Maar dat is een illusie.
Veel in het leven kunnen we niet plannen. Dat overkomt ons. Een ongeluk, een geluk, een ontmoeting, een tegenslag, het weer, een overval of inbraak, een vertraging op je reis, een prijs in de loterij, een ziekte, een stroomstoring of een crash van je pc. Alleen al de plek waar we geboren zijn, het gezin waar we uitkomen, de tijd waarin we geboren zijn, ons geslacht, we konden het niet zelf kiezen. De kunst van het leven is om het leven te aanvaarden zoals het komt.

Ik denk dat dat alleen goed kan vanuit het geloof. Het geloof dat uiteindelijk alles goed komt. Dat er na regen altijd weer zonneschijn komt. Dat het lijden de weg is naar de verheerlijking. Het geloof dat God met ons is, Immanuel.

Jozef aanvaardde Maria met haar onverwachte en ongeplande zwangerschap. Laten wij het leven ook aanvaarden zoals het komt. Dan zal er een hemels licht in ons leven gaan schijnen.