PREEK 6e zondag jaarcyclus B Gouda 2024
LEZINGEN: Leviticus 13,1-2+45-46; 1 Kor. 10,31-11,1 Marcus 1,40-45
INLEIDING OP DE LEZINGEN:
In de tijd van Mozes en Jezus werden melaatsen wegens de besmettelijkheid van de ziekte uitgestoten uit stad en dorp. Ze moest afstand houden van andere mensen en leefden daarom eenzaam in het open veld. Aanraken van melaatsen was ten strengste verboden. Vergelijk het maar met corona in het begin van de pandemie. We moesten allemaal mondkapjes dragen en afstand houden.
Als iemand meende genezen te zijn van melaatsheid moest hij dat door een priester laten vaststellen, want in die tijd waren de priesters ook de medici, de artsen.
PREEK
Broeders en zusters,
Het is weer carnaval. Vele feestneuzen hebben in deze dagen maskers op of zijn flink beschilderd. Een masker verbergt het ware gezicht van de mens. Een clown kijkt altijd vrolijk terwijl hij in zijn hart misschien verdrietig is.
Spijtig genoeg lopen veel mensen door het jaar heen ook met een masker op. Ze tonen niet hun ware gezicht. Zij houden zich groot terwijl ze verdriet hebben. Ze doen stoer terwijl ze een klein hartje hebben – of ze durven juist niets te zeggen terwijl ze een grote wijsheid bezitten.
Maar ook zijn er mensen die hun ware gezicht niet kunnen laten zien. Ik denk aan mensen die door het leven getekend zijn. Mensen die stom geslagen zijn door haat, uitsluiting, discriminatie. Mensen kunnen door teleurstellingen of bedrog verhard zijn. Doordat ze weinig liefde in hun leven ontvangen hebben, kunnen ze zich onbehoorlijk gedragen. Toch zit onder dat uiterlijk altijd nog een hart dat verlangt naar liefde, respect en aandacht.
Ik denk aan zieken wier uiterlijk geheel misvormd is.
Zo heb ik eens meegemaakt dat iemand met kanker en een beroerte niet meer kon spreken. Een verzorgster, hoe goed bedoelt ook, sprak deze volwassen man aan alsof het een kind van 5 jaar was, alsof die zieke infantiel geworden was. En hoe vaak gebeurt het niet dat iemand in een rolstoel niet voor vol wordt aangezien. Bij loketten of gewoon op straat praat men zo over zijn hoofd heen tot de begeleider.
Ook heb ik een afasie patiënt persoonlijk gekend. Afasie wil zeggen dat je spraakvermogen en reactievermogen door een beroerte of zo gehandicapt is. Deze man kon slechts langzaam en gebroken spreken. Het gevolg was dat men hem als een geestelijk gestoorde beschouwde en behandelde. Maar geestelijk was hij normaal. Hij speelden bijvoorbeeld nog schaak als de beste.
Het uiterlijk is soms een masker. En wij zijn vaak niet attent of wijs genoeg om dat te onderkennen. Achter elk masker, hoe getekend of misvormd ook, gaat een mens schuil die verlangt naar liefde, begrip, geduld en erkenning van zijn menswaardigheid.
Jezus begrijpt dat. Hij komt een melaatse tegen. Een melaatse ziet er afstotelijk uit. Hij heeft een misvormd uiterlijk met wonden en zweren. Een melaatse was besmettelijk. Daarom werd de melaatse door de mensen verstoten. Dat zal niet zonder gevolgen gebleven zij
n voor het gedrag van die melaatse. Allicht dat die wantrouwend werd, verbitterd, agressief, et cetera. Zo ontstaat er een vicieuze cirkel.
Jezus kijkt door dit uiterlijk heen en ziet de ziel van de mens.
De melaatse roept: “Als Gij wilt kunt Gij mij reinigen”. En Jezus antwoord: “Ik wil, wordt rein”. Daarom steekt Jezus zijn hand uit en raakt hem aan. Dat was een daad die streng verboden was. Jezus liep zo het risico zelf uitgestoten te worden door zijn omgeving.
Toch wil Jezus zijn medemens niet kwetsen en wil hij de wetten zoveel mogelijk respecteren. Daarom stuurt hij de genezen melaatse naar de priester om de mozaïsche reinigingsvoorschriften te vervullen. Jezus wil niet provoceren. Hij wil alleen iedere mens redden en uit een isolement bevrijden. Om mensen uit hun isolement te halen en hun masker af te krijgen zullen we nu eens hardhandig op moeten treden en dan eens zachtmoedig. Maar altijd met liefde.
Wat zou er een bevrijding zijn als we zelf ons eigen gemaakte masker durfden af te zetten en door het uiterlijk van een ander heen konden kijken.
Wie zijn de melaatsen van deze tijd? Welk soort mensen of kinderen worden uitgestoten? Wie krijgen weinig liefde?
- Buitenlanders, vreemdelingen, asielzoekers, gastarbeiders
- mensen op hoge leeftijd die hulpbehoevend zijn
- opstandige mensen
- eigenaardige mensen met een bepaald karakter
- gefrustreerde of rancuneuze mensen
- mensen met een vreemde godsdienst
- mensen uit een ander milieu
- mensen met een misvormd uiterlijk
Die neiging hebben we allemaal: ik ook: mensen beoordelen op het uiterlijk: in eerste instantie zie je alleen maar het uiterlijk. Dat is de eerste indruk. Pas als je mensen beter leert kennen, verandert dat soms. Daarom moeten we altijd proberen met mensen in gesprek te komen. De dialoog aangaan.
Met de wil om de ander te ontmoeten kunnen wij zelfs zondaars tegemoet te treden. Worden we dan niet besmet door het kwaad, de onwaarheid, de onreinheid? Jezus raakt een melaatse aan en wordt er niet door besmet. Jezus gaat om met allerlei zondaars en bezeten mensen maar behoud de goede geest. Dus we moeten vasthouden aan Jezus. Onze gedachten steeds aan de zijne toetsen. Onze wil gelijkvormig maken aan de zijne. Dan worden wij niet door het kwaad besmet.
Als wij net als Jezus uit zijn op het geluk van de ander, dan gebeuren er ook in deze tijd wonderen. Dan zullen ook wij mensen redden uit eenzaamheid, onwaarheid of zondigheid; dan zullen verbroken relaties hersteld worden en zullen mensen weer terugkeren tot de gemeenschap van de kerk en tot Jezus..