2e zondag van de veertigdagentijd. Jaar A. Moordrecht Schoonhoven Gouda.
Thema: hoogtepunten in het leven om niet te vergeten.
Beste mensen,
deze week heb ik mijn vakantie geboekt: met twee collega’s ga ik de bergen in . Heeft u wel eens in de duinen gewandeld of in berggebieden? In het vlakke land kun je alles overzien maar in heuvelachtig terrein is dat veel moeilijker. Als je dan de weg wilt overzien, dan moet je de hoogste top opzoeken in de buurt.
Het leven lijkt weleens op zo’n duin landschap of berglandschap: wij kunnen immers niet altijd alles overzien wat er in de wereld gebeurt. Vaak zien we niet eens hoe onze eigen weg loopt. Als we werkloos zijn, ziek, of als we de problemen om ons heen zien, dan zeggen we vaak: waar moet het naartoe met ons of met deze wereld?
Maar hiertegenover staan ook momenten dat we het wel zien zitten: elk leven heeft ook haar hoogtepunten: het moment waarop je verliefd werd, je trouwdag, de geboorte van het eerste kind, de dag dat je een nieuwe baan kreeg, een verjaardag, een vakantie, een zonnige dag, een dag waarop alles mee zit, een ontmoeting met een bijzonder mens, een moment waarop je opeens toch geloofde in de vooruitgang van de wereld.
Die momenten zijn vaak maar heel kort: het zijn de momenten dat we op de top van een berg staan. We moeten dan verder, weer de berg af. Maar we weten dan dat de weg verder gaat. Die kostbare momenten in het leven mogen we niet vergeten. We moeten die vasthouden in het geheugen tot het volgende moment dat we het weer zien.
We komen zo bij het evangelie van vandaag. Petrus, Jacobus en Johannes zijn met Jezus op een hoge berg, Tabor. Even, in een flits, zien ze een nieuwe werkelijkheid. Een werkelijkheid die ze in het alledaagse leven niet zien. Ze zien iets van een nieuwe wereld, van de wereld van alle tijden, van vroeger en van straks, gepersonifieerd in de wegwijzers van vroeger: Mozes en Elia en in de heer van de toekomst, de verheerlijkte Christus.
Ze willen daar blijven Maar dat feest gaat niet door. Vergelijk maar met een vakantie: die houdt ook een keer op. Ze moeten weer de berg af, naar het gewone leven toe, naar de lijdensweg toe van het leven. Jezus gaat zijn lijden tegemoet en zijn leerlingen moeten mee. Ze zullen later in de Hof van Olijven ook bij Jezus moeten blijven om met Hem te bidden en te waken. Maar ze hebben even het eind van de lijdensweg mogen zien. En die herinnering mogen ze meenemen. Het is een geheim, een genade van God voor hen. Ze mogen het onderweg aan niemand vertellen.
De momenten in je leven dat je het allemaal opeens zag, dat je je ín en ín gelukkig voelde, kun je toch niet op een ander overdragen. Die momenten zijn niet onder woorden te brengen. Maar Je moet er vanuit gaan leven, vanuit die momenten van genade. Bijvoorbeeld zoals je het huwelijk bouwt op de liefde uit de verkeringstijd.
De grootste genade die daar apostelen geschonken hebben gekregen is het woord van God dat op de berg klonk: “Dit is mijn zoon, de welbeminde, luistert naar hem”. Ook Abraham heeft de stem van God gehoord en dat was een hoogtepunt in zijn leven. Hij gaat daarmee op weg, zoals de heer hem had opgedragen. Hij neemt alleen de herinnering mee aan Gods stem. Dat geeft hem kracht en moed.
Beste mensen, laten wij ook niet de hoogtepunten van ons leven vergeten, vooral niet die momenten dat Gods roepstem, door de kerk, in uw leven klonk: uw doopsel, uw eerste heilige communie, uw vormsel, uw sacramenteel huwelijk. En als we de weg weer willen zien om verder te kunnen, ga dan even de berg op. Kom naar de eucharistie of ontmoet Jezus in het sacrament van boete en verzoening. Of ga in gebed. Dan zullen we steeds even iets van die nieuwe wereld mogen zien en kunnen we weer verder.