Herdenking verkeersslachtoffers.
Regelmatig gebeuren er rampen of sneuvelen er westerse soldaten in Afghanistan of Irak. De journaals besteden er uitgebreid aandacht aan. De branden in Enschede, Volendam, de vliegtuigongelukken. Aanslagen, zoals laatst weer op koninginnedag. Dagenlang is het in het nieuws: hoe het kon gebeuren, wie er verantwoordelijk is, wie er schuldig is, of het niet voorkomen had kunnen worden, het leed van de gewonden, de slachtoffers, de nabestaanden. Soms volgen er nationale herdenkingen of zelfs dagen van nationale rouw. Al dat meeleven is zeker goed voor de slachtoffers en nabestaanden.
Maar vaak is het speculeren naar de oorzaak en vrijwel nooit kunnen de tv.-kijkers iets doen aan de oorzaak. Ja, wel aan de gevolgen: geld geven voor de slachtoffers van natuurrampen of oorlogen. Dan is media-aandacht een goede zaak. In veel andere gevallen maken de schokkende beelden je verdrietig, somber, zwaarmoedig of angstig, en wantrouwend naar bepaalde medeburgers toe. Wat worden we er nu wijzer van te horen dat er voor de zoveelste keer een zelfmoordaanslag is gepleegd in Afghanistan, Israël of Irak en er twintig 16 of 28 doden zijn gevallen? Het stompt eerder af.
Na elke ramp of aanslag vraag ik mij af: waarom besteden we daar wel zoveel aandacht aan en niet aan de ruim 700 verkeersdoden die er elk jaar alleen al in Nederland vallen, naast de duizenden gewonden, waaronder veel kinderen. Gelukkig wordt het aantal verkeersslachtoffers elk jaar wel minder. Maar ruim 700 doden…! Dus ook 700 lijkkisten, 700 uitvaartplechtigheden en duizenden nabestaan in rouw, waaronder gezinnen met kinderen die ouders verliezen of andersom. En hoeveel zijn dat er niet in heel Europa en wereldwijd? Duizenden. Denkt u eens in: misschien wel zoveel als alle inwoners van uw gemeente.
Zelf heb ik enkele jaren geleden mijn oudste broer verloren door een verkeersongeval. Hij werd door een tegenligger geschept die de bocht naar links afsneed.
Jaarlijks wordt er wereldwijd op de derde zondag van November een herdenking georganiseerd.
In 2013 vond Herdenking Verkeersslachtoffers plaats op 17 november (‘s middags) in het Natuur Museum te Tilburg. Deze herdenking is waarschijnlijk alleen bekend bij nabestaanden.
Waarom worden al die verkeersslachtoffers niet nationaal herdacht? Het lijkt mij een goed idee om jaarlijks een dag van nationale rouw te houden voor al die verkeersslachtoffers. Een moment dat de koningin een krans legt bij een monument, dat op alle tv-zenders uitgezonden wordt. 2 Minuten stilte ter bezinning, terwijl al het verkeer even stil gelegd wordt of op een autoloze dag.
Want veel van de verkeersongelukken kunnen wij met z’n allen wél voorkomen: door niet te hard te rijden, door niet dronken of oververmoeid achter het stuur te kruipen, door ons aan de verkeersregels te houden., door hoffelijk te zijn in het verkeer.
Een nationale herdenking zou ons helpen om ons daar meer van bewust te worden.
Een nationale herdenking kan de gewonde slachtoffers en de nabestaanden troost geven.
Niet alle ongelukken zijn te voorkomen: een klapband, motorpech, technische gebreken aan het vervoermiddel of onwel worden achter het stuur, dat is niet altijd te voorkomen. Maar elk mensenleven dat gespaard wordt door beter rijgedrag is pure winst.
Misschien een idee om een nieuwe invulling te geven aan 4 mei, nu er steeds minder mensen leven die de oorlog nog hebben meegemaakt. Of anders een andere vaste dag in het jaar, bijvoorbeeld 29 april, de vooravond van koninginnedag. Het maakt niet uit welke dag, want elke dag vallen er doden in het verkeer.
De meeste vakanties zijn weer ingegaan. Velen van ons gaan weer verre reizen maken, met de auto of motor. Laten we ons goed gedragen op de weg, zodat we allen weer veilig thuiskomen.
Winfried Kuipers, internetpastoor.nl