.

Doop van de Heer

PREEK VAN DE WEEK      DOOP VAN DE HEER

Nootdorp Bergschenhoek en Berkel 2015

INLEIDING

Geschokt door de aanslag in Parijs zijn we hier als gedoopten weer bijeengekomen om ons te bezinnen op wat de visie van Jezus is op ons menselijk samenleven en wat wij kunnen doen om de vrede en harmonie te bevorderen in Nederland.

Voor mij is het in ieder geval duidelijk dat minachting voor andere godsdiensten en bespotten van wat een ander heilig is niet leidt tot vriendschap en vrede. Misbruik van de vrijheid van meningsuiting voor het beledigen van medemensen leidt vanzelf tot haat en geweld.

Laten we onszelf onderzoeken en onze zonden op dit punt belijden.

LEZINGEN:                           EERSTE LEZING:  1 Johannes 5,1-9                EVANGELIE: Mc.1,7-11

THEMA: Gedoopten: mensen van vrede

PREEK

Broeders en zusters,

Ik las een leuke anekdote van pater Dries van den Akker, die les gaf aan kleuters en hen vroeg hoe de verlosser er uit zag, iemand die jou en ik kwam beschermen zodat we ons veilig zouden voelen. Hij liet een plaats zien van een soldaat met de vraag: Kan zo’n soldaat ons beschermen? De kinderen zwegen. Toen liet hij een plaat zien van een baby, weer met de vraag: kan een baby ons beschermen? Een kleuter antwoordde toen: “ja, want als er een baby’tje geboren wordt, is iedereen altijd heel erg lief”.

 

We kijken vandaag nog één keer terug naar kerstmis. Een pasgeboren kind vertedert ons. Een kind roept onze idealen weer wakker van een rooskleurige toekomst. Een wereld vol vrede en geluk. Een baby die nog geheel afhankelijk is van de zorg en liefde van de ouders doet verbaal en fysiek geweld zwijgen en roept op tot vrede, medeleven, vrijgevigheid en feest.

 

Daarom laten vele ouders hun kinderen nog dopen, ook al gaan ze niet veel meer naar de kerk.

Vandaag vieren we het doopfeest van Jezus. Jezus werd echter niet kort na zijn geboorte gedoopt, maar als volwassene, 30 jaar later. Toch een feestelijke gebeurtenis. De hemel scheurde open. Ik weet niet precies wat we ons daarbij voor moeten stellen. Misschien dat de zon doorbrak door een dicht wolkendek. Er daalde een duif neer. Er kwam een stem uit de hemel: “Gij zijt mijn Zoon, mijn veelgeliefde”. Zo klinken er bij de doop van een baby veel liefkozende woorden van de ouders, de broers en zussen. Alles klinkt hoopvol en verwachtingsvol. Een kind houdt een belofte in. Ik heb wel eens iemand de vraag horen stellen: “Waar komen toch die slechte mensen vandaan, als er alleen maar lieve kinderen geboren worden?”

 

Op Goede Vrijdag komen er veel minder mensen naar de kerk dan op kerstmis. Met lijden en dood weten we niet goed raad. Johannes, de schrijver van het epistel, stond drie jaar later onder het kruis van Jezus. Hij heeft als langstlevende apostel diep nagedacht over al deze dingen. Hij heeft zich afgevraagd wat er toch is misgegaan na die doop van Jezus. Hij heeft zijn conclusies opgeschreven in een brief. We hoorden het in de eerste lezing. Hij schreef: Jezus is gekomen met water en bloed. Niet door water alleen, maar door water en door bloed. … Bij de doop getuigde de Geest en het doopwater, maar het kruis, het bloed getuigde ook van het Zoonschap van God.”

 

Johannes wil zeggen: lijden en dood zijn niet tegengesteld aan geboorte en doop. Het hoort allebei bij het kind-zijn van God. Het hoort allebei bij onze weg naar God toe. Zoals de barensweeën van een moeder nodig zijn om het kind ter wereld te brengen, zo zijn het lijden en de dood de barensweeën om in de hemel te komen. Het is een doorgang, een pascha, een pasen, zoals eens de doortocht van het joodse volk door het water van de rode zee een doortocht was naar het beloofde land. Dat moet Johannes allemaal gedacht hebben toen hij terugkeek op Jezus’ leven.

 

Kinderen die uit dezelfde moeder geboren zijn, zijn broers en zussen van elkaar en zouden normaal gesproken elkaar moeten liefhebben. Als ze van hun ouders houden, dan laten ze dat zien door ook elkaar lief te hebben. Als een kind alsmaar ruzie maakt met een broer of zus en op een bepaald moment zegt het kind tegen vader of moeder dat hij of zij zoveel van hem of haar houdt, dan zal vader of moeder antwoorden: “Als je echt zoveel van me houdt, wees dan wat liever voor je broer of zus. Daar zou je me een groot plezier mee doen”.

 

Door de doop zijn we allemaal kinderen geworden van onze Vader in de hemel. “Doe me een plezier”, zegt God, “wees dan ook een echte broer of zus voor je medegelovigen”. Johannes schreef: Willen wij God liefhebben en zijn geboden onderhouden, dan moeten wij ook Gods kinderen liefhebben”. Dan kunnen die dromen, die we hebben bij de geboorte van een kind, uitkomen.

 

Van nature verliezen wij bij het volwassen worden die kinderlijke genegenheid tot onze medemensen. Daarom is het geloof nodig om deze wereld vol haat en geweld te overwinnen. Dat is wat Johannes ons wil zeggen. Daarom staat in de doopbeloften ook niet alleen dat we geloven in de drieëne God, maar ook dat we ons zullen verzetten tegen het kwaad en onrecht in deze wereld en tegen de bekoring van de zonde in ons eigen hart.

Dat garandeert niet dat we zelf geen slachtoffer worden van het kwaad, maar wel dat anderen geen slachtoffer worden van ons. Jezus is niet aan het lijden ontkomen, maar omdat Hij zelf niemand kwaad deed, was zijn lijden een verlossend lijden.

 

Laten we ons er daarom voortdurend van bewust zijn dat we gedoopt zijn, en daar weer opnieuw werk van maken.