.

Allerheiligen 2013 Bergschenhoek

Allerheiligen 2013 Bergschenhoek

 Materiaal: boek  Gewoon Bijzonder en foto Gianna

Foto’s van Gianna Beretta Molla en Agaath Kuipers

INLEIDING

 

Vandaag gedenken wij alle mensen die ons in een leven van liefde en geloof zijn voorgegaan. Ik gebruik bewust die woorden omdat er vier dingen uit spreken.

Ten eerste gedenken wij mensen zoals u en ik. Mensen die niet als heiligen geboren zijn. Mensen die geworsteld hebben met hun eigen gebreken en ook met de problemen van hun tijd. Zij zijn uiteindelijk trouw gebleven aan het geloof en hebben van hun fouten geleerd of zijn heldhaftig gestorven.

We gedenken ál die mensen, ook zij die niet beroemd geworden zijn en daarom niet heilig verklaard zijn. We mogen dus ook denken aan eigen voorouders, vrienden of tijdgenoten.

Ten derde: heiligen zijn mensen die het geloof trouw bewaard hebben, soms in heel moeilijke omstandigheden. En onder geloof versta ik dan meer een vertrouwen op God dan een vroom leven vol gebed.

Tenslotte waren het mensen die het voornaamste gebod beleefd hebben: “Bemin God boven alles en de naaste als jezelf”. Het waren mensen die niet zichzelf zochten, maar zich inleefden in anderen en zichzelf weggecijferd hebben voor anderen.

 

PREEK

 

Zusters en broeders,

 

Bij Allerheiligen denken we in eerste instantie aan mensen uit een ver verleden die een vroom leven hebben geleid: de apostelen, de kerkvaders, kloosterzusters, missionarissen. Maar er zijn ook veel mensen heilig verklaard uit onze generatie. Mensen die wij nog gekend hebben.

 

In mijn vakantie vorig jaar zag ik achter in een kerk in Bormio in Noord Italië een grote foto van Gianna Beretta Molla, een Italiaanse kinderarts. Ze is het meest bekend van haar heldhaftige keuze in het weigeren van een abortus terwijl ze zwanger was van haar vierde kind. Ze wist dat het voldragen van de zwangerschap kon leiden tot haar dood. Ze maakte het ultieme offer en stierf een week nadat ze leven had gegeven aan haar vierde kind. Haar dochter is nog in leven. Paus Johannes Paulus II verklaarde haar op 16 mei 2004 heilig. Haar dochter was de eerste persoon ooit die de heiligverklaring van haar eigen moeder bijwoonde.

Bij dat portret in de kerk lag een brief van dat kind, inmiddels wel volwassen geworden. In die brief bedankte ze haar moeder voor haar levensoffer en betuigde ze haar instemming met de heiligverklaring van haar moeder. Dat was zeer ontroerend.

 

 

 

 

Over het algemeen zijn heiligen mensen met een grote sociale inzet geweest. De meest beroemde is misschien wel moeder Teresa. Men heeft Moeder Teresa een keer gevraagd wat ze er van vond dat ze een levende heilige wordt genoemd. De meeste heiligen zouden dat ontkennen en zeggen dat ze ook hun fouten hebben. Moeder Teresa echter zei: “Ja, dat weet ik en ik probeer het ook te zijn. Maar heiligheid is geen voorrecht voor enkele uitzonderlijke mensen, maar een plicht voor iedereen”.

 

Moeder Teresa vierde elke dag de mis en bad veel. Toch zegt ze dat dat niet het belangrijkste is om heilig te worden. Ze zegt: `Als een moeder luiers moet wassen, dan kan ze niet naar de kerk gaan. Dan is het Gods roeping dat ze de luiers wast. Dat is haar plaats om God te ontmoeten. Wat een moeder kan, kan ik niet, en wat ik kan, kan een moeder niet. Ieder heeft zijn eigen taak`.

 

Vorig jaar is er een boek uitgekomen met de titel “Gewoon bijzonder” Het zijn verhalen over gewone maar toch bijzondere Bodegravers. In dit boek is mijn verhaal gepubliceerd over mijn ouders. Mijn moeder staat op de voorkaft en ik wil graag een klein stukje uit dit boek over haar voorlezen. Blz.212:

Mevrouw Kuipers maakte, ondanks alle drukte en zorgen voor een gezin van acht kinderen, tijd om in de kerk actief te zijn. Zij hielp met de gezinsvieringen en later met het ouderenwerk.

Hoe kreeg ze dat voor elkaar? Het kon ook eigenlijk niet. Als ’s avonds de kinderen naar bed waren en het strijkwerk gedaan was, ging ze nog schrijven in een dagboek. Ook werkte ze aan herinneringsalbums voor haar kinderen bij gelegenheid van hun Eerste Heilige Communie. Ze was dan vaak zo moe, dat ze onder het schrijven in slaap viel en zinnen onleesbaar werden. Dan plakte ze later maar twee bladzijden tegen elkaar en schreef ze die bladzijden opnieuw. Zo ver ging haar liefde voor haar gezin!

De kinderen beschouwden zij overigens allemaal als een geschenk van God. Toen de achtste geboren werd, was er al jaren lang een tendens om aan geboortebeperking te doen. Een groot gezin werd uitzonderlijk. Toch was het voor haar een bewuste keus. Het laatste kind was even welkom als de eerste. In die jaren was er net iets nieuws: de band recorder. Agaath kreeg er een van haar man op haar verjaardag op 1 november 1965. Tien dagen ervoor was het jongste kind geboren. De bandrecorder moest uitgeprobeerd worden en Agaath sprak wat in op het bandje. Ze zei: “Ik ben heel blij met dit cadeau, maar het mooiste geschenk ligt boven in de wieg.”

….

Agaath heeft wel eens een boek ontvangen voor haar werk bij het Wit Gele Kruis te Bodegraven. Willy en Agaath hebben verder geen onderscheidingen ontvangen. Dat zou ook niet bij hen passen. Zij deden wat zij als hun christelijke plicht zagen. Hij en zijn vrouw waren heel gewoon, hoewel ‘gewoon’ alleen betrekking heeft op ‘niet rijk’ en ‘niet prominent’, want in hun bescheidenheid, eenvoud, volhardendheid, liefde voor elkaar en de kinderen waren ze heel bijzonder.

 

Aan deze laatste zin is de titel van het boek ontleend. Gewoon bijzonder.

 

Beste mensen,

 

Als de apostel Paulus zijn brieven begint met de aanspreking “aan de heiligen van Efese of Korinthe”, dan bedoelt hij niet de mensen met een uitzonderlijke volmaaktheid, maar alle gelovigen. We zijn allen geroepen om Gods heil in deze wereld uit te dragen. Ieder op zijn eigen plaats. Als we die taak beseffen en proberen naar best vermogen te vervullen, dan mogen we ons kinderen van God voelen.

 

Zo is het feest van Allerheiligen geen feest om mensen uit een ver verleden te gedenken, maar om onze gemeenschap te vieren van alle gewone mensen die God willen dienen, hier op aarde en in de hemel. Amen.